Deontologie-advies Advies 163
Toepassing van aritikel 1072bis Ger.W. (schadevergoeding wegens tergend of roekeloos beroep) - advocaat die tot dan de zaak behandelde dient zich niet terug te trekken bij de behandeling der schadevergoedingsvraag hoofdens dit artikel
Auteur
Dominique Dombret

Auteur
Merve Köse

Stafhouder X. vraagt zich af of de toepassing van artikel 1072bis Ger.W. niet tot gevolg moet hebben dat de betrokken advocaat die tot dan de cliënt heeft bijgestaan zich uit de procedure moet terugtrekken en de cliënt moet laten verdedigen door een ander advocaat, dit omdat de advocaat in dat geval zelf in opspraak kan worden gebracht en voor zijn responsabiliteit geplaatst.
Artikel 1072bis bepaalt dat wanneer de rechter in hoger beroep een hoofdberoep afwijst, hij in dezelfde beslissing uitspraak doet over de eventueel gevorderde schadevergoeding wegens tergend of roekeloos hoger beroep.
Indien daarenboven een geldboete wegens tergend of roekeloos beroep verantwoord kan zijn, wordt bij dezelfde beslissing een rechtsdag bepaald op nabije datum waarop alleen dit punt zal worden behandeld.
De geldboete bedraagt 5.000 BEF tot 100.000 BEF en wordt geïnd (lastens de cliënt) door de administratie der registratie en domeinen.
De commissie is van mening dat de betrokken advocaat zich niet uit de procedure moet terugtrekken.
Vooreerst zou dit een bijkomende kost voor de cliënt veroorzaken omdat een nieuwe advocaat voor dit gedeelte van de zaak het dossier terug moet instuderen en argumenten voorbereiden, terwijl de advocaat die tot dan toe in eerste aanleg en in beroep de zaak heeft behandeld het best op de hoogte is van de mogelijkheden, zowel van het dossier zelf als de financiële mogelijkheden van zijn cliënt.
Bovendien wordt opgemerkt dat een dergelijke situatie zich steeds voordoet in procedures waar een eis of een tegeneis wordt gesteld wegens tergend of roekeloos procederen, tergend of roekeloos beroep en tergend of roekeloos beslag.
In dergelijke zaken wordt door de deontologie nooit vereist dat de betrokken advocaat zich zou terugtrekken om dat aspect door een ander advocaat laten behandelen.
Bovendien heeft de rechtsmacht in beroep twee dingen te beoordelen : enerzijds of er een tergend en roekeloos beroep was en anderzijds welk het bedrag van de boete zal zijn.
De vraag wordt overigens gesteld of deze gang van zaken niet in strijd is met de regel van onpartijdigheid. Het Hof heeft immers geoordeeld ten gronde en wat meer is heeft gebeurlijk reeds geoordeeld i.v.m. een tergend of roekeloos beroepsvergoeding voor de andere partij.
Stafhouder Jo Stevens
Bestuurder departement deontologie