Zaak Halmer Rechtsanwaltsgesellschaft Hof van Justitie bevestigt onafhankelijkheid van het beroep
Het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft gisteren in zaak C-295/23 een belangrijk arrest uitgesproken over de onafhankelijkheid van het advocatenberoep. Het Hof oordeelt dat lidstaten zuiver financiële investeerders mogen verbieden deel te nemen in het kapitaal van een advocatenvennootschap. Een dergelijke beperking is gerechtvaardigd om de onafhankelijkheid van advocaten te waarborgen.
De zaak: Halmer Rechtsanwaltsgesellschaft
De zaak draait om de vraag of Duitse regelgeving, die verbiedt dat aandelen in een advocatenkantoor worden verkocht aan een puur financiële investeerder, in strijd is met de EU-regels over vrijheid van vestiging (art. 49 VWEU) en vrije kapitaalverkeer (art. 63 VWEU).
De Duitse advocatenvennootschap Halmer Rechtsanwaltsgesellschaft werd in 2021 van het tableau weggelaten door de orde van advocaten van München. De reden: een Oostenrijkse besloten vennootschap met zuiver financiële doeleinden had (51% van de) aandelen verworven in Halmer. Volgens de destijds geldende Duitse wetgeving mochten alleen advocaten of beoefenaren van bepaalde vrije beroepen aandeelhouder zijn van een advocatenvennootschap.
Halmer ging tegen dit besluit in beroep bij de tuchtrechter van de deelstaat Beieren, die het Hof van Justitie vroeg of deze Duitse regeling verenigbaar is met het recht van de Europese Unie.
Het oordeel van het Hof
Het Hof van Justitie bevestigt dat het Unierecht – met name het vrije verkeer van kapitaal en de vrijheid van vestiging – niet in de weg staat aan nationale regels die de deelneming van zuiver financiële investeerders in advocatenvennootschappen verbieden. Het Hof wijst erop dat de beperking gerechtvaardigd is door dwingende redenen van algemeen belang. Lidstaten ervan mogen uitgaan dat advocaten hun beroep niet onafhankelijk kunnen uitoefenen als financiële investeerders zonder juridische achtergrond invloed kunnen uitoefenen op de vennootschap. Tot slot moet de beperking proportioneel zijn en niet verder gaan dan noodzakelijk om het doel – het waarborgen van de onafhankelijkheid van advocaten – te bereiken.
Belang voor de Vlaamse advocatuur
Dit arrest onderstreept het belang van de onafhankelijkheid van het advocatenberoep, een kernwaarde die ook in België hoog in het vaandel staat. Het bevestigt dat lidstaten strikte regels mogen hanteren om de integriteit en onafhankelijkheid van advocaten te beschermen tegen externe financiële invloeden.
We volgen deze ontwikkelingen op de voet en blijven ons inzetten voor een sterke en onafhankelijke advocatuur.
Ook interessant
Verbod op eenzijdig contact tussen advocaat en personen in een onderzoekende, bemiddelende of beslissende functie
De algemene vergadering heeft op 18 december 2024 een wijziging van artikel 100 CDA goedgekeurd. Het nieuwe artikel verduidelijkt dat het verbod op eenzijdig contact van een advocaat met personen in een onderzoekende, bemiddelende of beslissende functie niet alleen geldt bij eigen initiatief, maar ook bij contact vanuit deze personen, zowel rechtstreeks als onrechtstreeks. Daarnaast voorziet het artikel een uitzondering wanneer de procedure op tegenspraak dit expliciet toestaat, zoals bij specifieke wettelijke bepalingen.
Klokkenluiders moeten rekening houden met het beroepsgeheim van de advocaat
Het Grondwettelijk Hof heeft opnieuw zijn gunstige rechtspraak over het beroepsgeheim van de advocaat bevestigd, ditmaal in het kader van ons vernietigingsberoep tegen de klokkenluiderswetten voor de private en de publieke sector.