Ga verder naar de inhoud

Deontologie-advies Advies on­ver­e­nig­baar­he­den nr. 1

Een advocaat wiens advocatenactiviteit beperkt is tot de bewindvoering over de goederen van één bepaalde persoon wenst dit te combineren met de functie van juridisch adviseur voor dienst x van een universiteit. Het gaat om een voltijdse werkzaamheid in ondergeschikt verband. Omdat de advocatenactiviteit uitsluitend de uitvoering van een gerechtelijk mandaat betreft, komen de kernwaarden beroepsgeheim, onafhankelijkheid en het vermijden van belangenconflicten – die inherent zijn aan de advocaat optredend als advocaat - minder in het gedrang. Mocht de advocaat toch als advocaat optreden, dient hij vooral te waken over de genoemde kernwaarden indien hij dossiers inzake onderwijsrecht zou behartigen.

Sinds de inwerkingtreding van de artikelen 11 e.v. van de Codex wordt de tijdsbesteding niet meer als criterium aangewend bij de beoordeling of een andere activiteit al dan niet verenigbaar is met het beroep van advocaat. De advocatuur kan nu in bijberoep worden uitgeoefend.

Merve Köse

Jurist deontologie
Merve Köse

Dominique Dombret

Jurist deontologie
Dominique Dombret

Deel dit artikel

Vraag

Namens de raad van balie x vraagt u mijn advies in toepassing van artikel 11quinquies, tweede lid van de Codex Deontologie voor Advocaten (hierna: de Codex).

Mr. X wenst de functie van juridisch adviseur voor dienst x van universiteit Y te combineren met haar werkzaamheden als advocaat, in het bijzonder met haar taak als bewindvoerder over de goederen van mevrouw Z.

Mr. X zou als werknemer tewerkgesteld worden.

Uit de bijgevoegde nota blijkt dat mr. X die werkzaamheid voltijds zou uitoefenen. Hoewel ik dit niet lees in haar brief aan u d.d. …, ga ik van dat gegeven uit bij het verstrekken van mijn advies.

U legt dit dossier voor omdat het in casu niet gaat om een bijkomende activiteit maar een voltijdse werkzaamheid. Het beroep van advocaat wordt hier zeer bijkomstig.

Advies

Verenigbaarheid jurist

U brengt advies 333 van het departement deontologie bij. Hieruit blijkt enerzijds dat de functie van jurist (bij een CAW in dat geval) niet noodzakelijk onverenigbaar is met het beroep van advocaat.

Anderzijds wordt in het advies geopperd dat de raad van de Orde moet onderzoeken of de advocaat zijn verplichtingen als stagiair wel kan volbrengen, rekeninghoudende met de concrete tijdsbesteding.

Verenigbaarheid met functie loontrekkende juridisch adviseur

Wat de verenigbaarheid met de functie van loontrekkend juridisch adviseur op dienst x van universiteit Y, betreft.

Die functie (die mr. X zou uitoefenen als andere activiteit) dient te worden getoetst aan enerzijds de kernwaarden beroepsgeheim, onafhankelijkheid, het vermijden van belangenconflicten en anderzijds de waardigheid van de balie (artikel 11bis juncto artikel 11 van de Codex en artikel 437 Ger. W.). Daarnaast mag de andere activiteit het publieke vertrouwen in de advocatuur niet in het gedrang brengen (artikel 11, tweede lid van de Codex).


Uit de brief van mr. X d.d. … aan u meen ik te kunnen afleiden dat haar taken als advocaat beperkt zouden zijn tot de bewindvoering over de goederen van een bepaalde persoon.

Als bewindvoerder/gerechtelijk mandataris treedt mr. X niet op in haar hoedanigheid van advocaat en zijn de kernwaarden – die inherent zijn aan de advocaat optredend als advocaat – niet noodzakelijk van toepassing. Zo is het beroepsgeheim van de advocaat niet hetzelfde als dat van de bewindvoerder. Bovendien is de rechtsmaterie waarmee mr. X als juridisch adviseur zou geconfronteerd worden (met name het onderwijsrecht) van totaal andere aard dan de materies in het kader van een bewindvoering. De kernwaarden beroepsgeheim, onafhankelijkheid en het vermijden van belangenconflicten lijken dan ook minder in het gedrang te komen.

Mocht mr. X toch optreden als advocaat (en dus niet als bewindvoerder), dient ze vooral te waken over de genoemde kernwaarden indien ze dossiers inzake onderwijsrecht zou behartigen. In andere aangelegenheden komt het mij voor dat een schending ervan minder voor de hand lijkt te liggen.


Het behoeft mijns inziens geen verdere duiding dat de functie van juridisch adviseur de waardigheid van de balie (artikel 437 Ger. W.) en het publieke vertrouwen in de advocatuur niet in het gedrang brengt (artikel 11, tweede lid van de Codex).


Tot slot merk ik volledigheidshalve nog op dat mr. X bij de uitoefening van de juristenfunctie bij universiteit Y de zogenaamde integriteitswaarden (waardigheid, kiesheid en rechtschapenheid) dient te eerbiedigen. Die waarden zijn eveneens van toepassing mocht mr. X uitsluitend nog optreden als advocaat-bewindvoerder en niet als advocaat.

Tijdsbesteding

Wat de tijdsbesteding betreft. In het verleden werd de tijdsbesteding mede als criterium aangewend bij de beoordeling of een bijkomende activiteit al dan niet verenigbaar is met het beroep van advocaat. Er werd geadviseerd dat de advocaat voldoende tijd moest kunnen besteden aan zijn advocatenactiviteit en vlot bereikbaar moest zijn voor zijn cliënten. Het advocatenberoep werd geacht de hoofdwerkzaamheid te zijn, zodat die activiteit niet in bijberoep kon worden uitgeoefend.

Bij de totstandkoming van het zogenaamde reglement ‘perimeter van het beroep’ kwam de vraag naar de tijdsbesteding aan bod. Naar aanleiding van een amendement heeft de commissie deontologie geadviseerd “dat de advocatenactiviteit niet noodzakelijk het hoofdberoep moet uitmaken. Bepaalde universiteiten vereisen bijvoorbeeld dat men professor is in hoofdberoep. De advocatuur zal dan in bijberoep uitgeoefend worden.” De algemene vergadering heeft het advies van de commissie deontologie gevolgd.

In casu zou mr. X ‘zeer bijkomstig’ het beroep van advocaat beoefenen en haar functie als juridisch adviseur bij universiteit Y voltijds. In de geest van artikel 11bis van de Codex is er geen bezwaar tegen deze invulling van haar werkzaamheden.

Mr. X schrijft in haar brief d.d. … aan u dat ze de functie van juridisch adviseur wenst te combineren met haar werkzaamheden als advocaat, in het bijzonder met haar taak als bewindvoerder over de goederen van mevrouw Z. Uit deze formulering meen ik te kunnen begrijpen dat de advocatenactiviteit van mr. X uitsluitend nog de bewindvoering over de goederen van één bepaalde persoon zou omvatten. De vraag rijst of het nog zinvol is om daarvoor advocaat te blijven. Een bewindvoerder moet immers niet advocaat zijn. Als advocaat dient men - ook al beoefent men dat in zeer beperkte mate - een aantal verplichtingen te voldoen (het volgen van permanente vorming, betalen van baliebijdragen, …). Het komt aan mr. X toe om de afweging te maken.

Alex Tallon

Bestuurder deontologie

Voorzitter van de commissie deontologie

Ook interessant

Advies 717

Meer lezen

Advies 694

Meer lezen

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Deontologie Podcast

Podcast Ten Gronde: F*Q deontologie

In een boeiende aflevering van de podcast Ten Gronde, gemodereerd door bestuurder Jan Meerts, wordt de deontologie kritisch in vraag gesteld, met een focus op de veranderende landschappen van ethiek en praktijk. Mr. Eva Raepsaet, stafhouder Luk Delbrouck en vice-stafhouder Frank Judo betreden de arena om te debatteren over de ethiek en de grenzen van het beroep.

Deze podcast biedt een unieke kans om diepgaand inzicht te krijgen in de ethiek en de moderne ontwikkelingen van het beroep. Luister alsof u er zelf bij was!

Meer lezen
Deontologie Rechten van de mens

Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens: een steun voor klokkenluiders

Recente wetten versterken de bescherming van klokkenluiders in Belgische privébedrijven en de federale publieke sector. Deze wetten, voortkomend uit een Europese richtlijn, bieden niet alleen bescherming maar ook diverse vormen van ondersteuning via het onafhankelijke Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM). Advocaten en advocatenkantoren die geïnteresseerd zijn in de verdediging van klokkenluiders worden opgeroepen om zich bij het FIRM te melden.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres voortaan verplicht

Advocaten moeten vanaf nu bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen
Deontologie

OVB waarschuwt voor platform 'starofservice.be'

Het platform “starofservice.be” beweert via het internet vragers en aanbieders van ‘diensten’ met elkaar in contact te brengen. Er is ernstige twijfel over het bonafide karakter ervan, zodat de OVB elke samenwerking afraadt. Samenwerking kan bovendien zware deontologische inbreuken opleveren.

Meer lezen
Tucht

Onrechtmatig verzet niet langer mogelijk in procedures zoals in tucht

Onze algemene vergadering keurde op 8 februari 2023 een wijzigingsreglement goed dat voortaan (onder meer) de mogelijkheid biedt aan de raad van de Orde om verzet in procedures zoals in tucht ongedaan te verklaren. Dat reglement trad recent in werking.

Meer lezen
Deontologie Fiscaal recht

Het Grondwettelijke Hof verdedigt opnieuw ons beroepsgeheim bij DAC6

Het Grondwettelijke Hof heeft vandaag opnieuw uitspraak gedaan met betrekking tot een Vlaams decreet dat de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen regelt. Het Hof respecteert opnieuw het beroepsgeheim van ons beroep.

Meer lezen
Deontologie Witwaspreventie

OVB waarschuwt voor opleiding witwaspreventie door SwiftSkills

We vernamen dat SwiftSkills, een e-learning platform, advocaten via een misleidend e-mailbericht aanspoort om deel te nemen aan een opleiding over hun verplichtingen onder de wet van 18 september 2017 ‘tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten’ (WPW).

Meer lezen
Deontologie

Individueel e-mailadres wordt verplicht

Advocaten moeten voortaan bereikbaar zijn via een (individueel) e-mailadres. Dat besliste onze algemene vergadering.

Meer lezen