Burgerlijk recht

Benoît Van Cauwenberghe studeerde af aan de faculteit rechtsgeleerdheid en criminologische wetenschappen aan de UGent, waar hij zowel zijn master in de criminologie als zijn master in de rechten behaalde met de grootste onderscheiding. Met zijn masterproef "Informatie van inlichtingendiensten: bewijs of inlichting in een strafprocedure en het recht van verdediging?" heeft hij onze Scriptieprijs ter waarde van 2.500 euro in de wacht gesleept.

De Europese Unie wil de toegang tot de rechter verbeteren en de digitalisering van gerechtelijke procedures versterken. Neem 10 minuten de tijd om een vragenlijst in te vullen over het gebruik van digitale tools in arbeids- en familierechtelijke procedures.

Met de inwerkingtreding van het nieuwe Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek op 1 januari 2025, hebben we eerder gecommuniceerd over de nieuwe aansprakelijkheidsregels voor advocaat-voogden van minderjarigen. Die communicatie was gebaseerd op een eerste overleg met onze makelaar. Intussen hebben we meer informatie en willen we enkele onduidelijkheden rechtzetten en belangrijke adviezen meegeven.

Met de inwerkingtreding van het nieuwe Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek op 1 januari 2025, worden enkele belangrijke wijzigingen doorgevoerd in het aansprakelijkheidsrecht. Een van de wijzigingen betreft de foutloze aansprakelijkheid van advocaat-voogden die door de vrederechter zijn aangesteld.

De wet van 7 februari 2024 houdende boek 6 "Buitencontractuele aansprakelijkheid" van het Burgerlijk Wetboek treedt in werking op 1 januari 2025. De wet schaft de quasi-immuniteit van de uitvoeringsagent af, maar laat toe afwijkende contractuele afspraken te maken. We stellen in dat kader aangepaste modelovereenkomsten ter beschikking.

Een werkgroep van magistraten heeft de Indicatieve Tabel geactualiseerd en gaf daarbij gehoor aan een aantal suggesties die we formuleerden. Wij vatten de belangrijkste nieuwigheden van de Indicatieve Tabel 2024 voor u samen.

We hebben een advies geschreven bij het wetsvoorstel om het vermoeden van vader- en meemoederschap, naar analogie met het huwelijk, uit te breiden naar wettelijk samenwonenden (DOC56-0204). De indieners gaan voorbij aan het feit dat de wettelijke samenwoning niet beperkt is tot seksueel-affectieve relaties.

Binnen de commissie rechtshulp (tweedelijnsbijstand) en de commissie jeugd is een richtlijn opgesteld betreffende de voogd ad hoc. In deze richtlijn wordt aanbevolen om in alle gevallen een advocaat ad litem aan te stellen. Tegelijkertijd willen we het debat openen over een structurele oplossing voor de vergoeding van de prestaties van de voogd ad hoc.

We stelden een richtlijn op die meer duidelijkheid moet bieden bij problemen die zich in de praktijk regelmatig stellen bij aanstelling en opvolging van advocaten in jeugdzaken.