Hoofdstuk 4 - Relaties met hoven, rechtbanken, scheidsgerechten, algemene vergaderingen e.d.
Afdeling 1 - Procedure tegen magistraten, notarissen en gerechtsdeurwaarders
Art. 152
§ 1 Een advocaat die in zijn hoedanigheid van advocaat een rechtsvordering wil inleiden, een strafklacht wil indienen of gerechtelijke bewarende maatregelen wil nemen tegen een magistraat, een notaris of een gerechtsdeurwaarder meldt dat op voorhand aan zijn stafhouder, behoudens hoogdringendheid. De advocaat voegt daarbij het ontwerp van de inleidende akte of de klacht.
De advocaat mag de bovenstaande procedures niet inleiden voor het verstrijken van één maand na de melding aan de stafhouder.
§ 2 Bij een gemotiveerde hoogdringendheid gebeurt die melding gelijktijdig met het inleiden van de bovenstaande procedure.
§ 3 Zodra de advocaat de belangen wenst te behartigen van een partij die zonder advocaat reeds een klacht heeft ingediend of een rechtsvordering heeft ingeleid tegen een magistraat, notaris of gerechtsdeurwaarder, meldt hij dat onmiddellijk aan zijn stafhouder.
Afdeling 2 - Bijwonen van bijeenkomsten van een raad van bestuur en een algemene vergadering
Art. 153
De advocaat mag zijn cliënt bijstaan of vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van een vennootschap of vereniging. Hij mag een cliënt bijstaan op een vergadering van de raad van bestuur. Hij licht de voorzitter van de raad van bestuur, respectievelijk de voorzitter van de algemene vergadering indien mogelijk op voorhand in over zijn aanwezigheid en eventueel ook de bestuurders, de aandeelhouders, de obligatiehouders of de vennoten met wie de cliënt in betwisting zou zijn, zodat ook hun advocaat of de advocaat van de vennootschap of vereniging de bijeenkomst of de algemene vergadering kan bijwonen.