Ga verder naar de inhoud

Beroep op derde partijen (in landen buiten de EER)

Er zijn twee actoren die betrokken (kunnen) zijn bij de verwerking van persoonsgegevens: de verwerkingsverantwoordelijke en de verwerker.

Auteur

Arthur Ockerman

Jurist studiedienst
Arthur Ockerman

Deel dit artikel

Een verwerkingsverantwoordelijke mag enkel beroep doen op verwerkers die afdoende garanties bieden dat zij passende technische en organisatorische maatregelen hebben getroffen om de naleving van de AVG te waarborgen. Een verwerkingsverantwoordelijke en een verwerker moeten desgevallend een verwerkersovereenkomst afsluiten.

Gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken moeten een onderlinge taakverdeling afspreken.

Voor deze twee verplichtingen hebben we een model van verwerkersovereenkomst opgesteld en een model van overeenkomst van onderlinge taakverdeling.

Wat u moet weten

De AVG onderscheidt 2 actoren die betrokken (kunnen) zijn bij de verwerking van persoonsgegevens: de verwerkingsverantwoordelijke (artikel 4.7 AVG) en de verwerker (artikel 4.8 AVG).

De verwerkingsverantwoordelijke beslist alleen of samen met anderen (de ‘gezamenlijke’ verwerkingsverantwoordelijke(n)) het doel en de essentiële middelen van de verwerking, met name waarom persoonsgegevens worden gebruikt en hoe ze worden gebruikt.

De verwerker levert bepaalde diensten of producten aan de verwerkingsverantwoordelijke en krijgt in die hoedanigheid toegang tot persoonsgegevens. De verwerker beslist niet, maar verwerkt de persoonsgegevens ten behoeve van de verwerkingsverantwoordelijke(n).

De (individuele) advocaat / het advocatenkantoor is (quasi) altijd de verwerkingsverantwoordelijke.

De AVG bepaalt in artikel 26 en 28 AVG wat die actoren moeten doen wanneer zij samenwerken voor de verwerking van persoonsgegevens.

Een verwerkingsverantwoordelijke mag enkel beroep doen op verwerkers die afdoende garanties bieden dat zij passende technische en organisatorische maatregelen hebben getroffen om de naleving van de AVG te waarborgen.

Een verwerkingsverantwoordelijke en een verwerker moeten een verwerkersovereenkomst afsluiten die de bepalingen bevat van artikel 28.3 AVG. Deze verwerkersovereenkomst moet worden overeengekomen voordat de verwerking van persoonsgegevens start. Het opnemen van een retroactieve clausule in de overeenkomst verhelpt het ontbreken van het sluiten van overeenkomst voor de start van de verwerking van gegevens niet. Anderzijds vormt het gebrek aan een handtekening geen inbreuk voor zover aangetoond kan worden dat de verwerkersovereenkomst werd uitgevoerd

Gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken moeten een onderlinge taakverdeling afspreken waarin zij afspreken wie welke verplichtingen onder de AVG voor zijn rekening zal nemen.

Wanneer persoonsgegevens worden doorgegeven aan een andere ‘afzonderlijke’ verwerkingsverantwoordelijke (dus met wie u niet samen beslist) moet u geen verdere afspraken maken.

Verder bepaalt hoofdstuk V van de AVG welke waarborgen noodzakelijk zijn indien u samenwerkt met, en/of persoonsgegevens doorgeeft aan, een derde partij die zich buiten de Europese Economische Ruimte (‘EER’) bevindt. Een dergelijke samenwerking/doorgifte is in principe immers pas toegelaten indien de persoonsgegevens in het zogenaamde ‘derde land’ een bescherming genieten die gelijkwaardig is aan de bescherming die ze genieten binnen de EER.

Wanneer de derde partij (dit is de verwerker, de gezamenlijke of de afzonderlijke verwerkingsverantwoordelijke) zich in een derde land bevindt waarvoor de Europese Commissie een adequaatheidsbesluit heeft genomen, en de persoonsgegevens ook daar verwerkt, is geen verdere actie vereist. Een opsomming van deze landen is gepubliceerd op de website van de Europese Commissie.

Voor de verwerking in derde landen waarvoor er geen adequaatheidsbesluit bestaat, heeft de Europese Commissie modelcontractbepalingen gepubliceerd. De modelcontractbepalingen voorzien (1) in algemene clausules die van toepassing zijn op alle vormen van samenwerking/doorgifte en (2) in specifieke bepalingen die van toepassing zijn afhankelijk van de kwalificatie van de partijen. Zo moet module 1 gebruikt wordenindien de derde partij een gezamenlijke of afzonderlijke verwerkingsverantwoordelijke is. Module 2 moet worden gebruikt wanneer de derde partij een verwerker is. De modelcontractbepalingen zijn gepubliceerd bij Commissie Beslissing 2021/914.

Indien gebruik wordt gemaakt van de modelcontractbepalingen is het niet meer noodzakelijk om een verwerkersovereenkomst of onderlinge taakverdeling af te spreken. Het is niet toegelaten om de modelcontractbepalingen te wijzigen. Er mogen wel (commerciële) bepalingen aan toegevoegd worden voor zover die niet in strijd zijn met de modelcontractbepalingen.

Verwerkingsverantwoordelijken en verwerkers die gebruik maken van de modelcontractbepalingen moeten als gevolg van het Schrems II arrest van het Hof van Justitie daarnaast ook nagaan of de wetgeving en praktijken van het derde land de effectiviteit van de modelcontractbepalingen ondermijnen. Die ‘effectbeoordeling’ moeten zij documenteren en desgevallend moeten zij aanvullende maatregelen nemen.

In een aantal specifieke situaties kan beroep worden gedaan op een uitzonderingsgrond in de AVG. Zo zijn er geen adequaatheidsbesluit noch modelcontractbepalingen vereist wanneer de betrokkene, bijv. de cliënt, specifiek toestemming heeft gegeven voor de doorgifte van zijn persoonsgegevens aan een derde partij buiten de EER. Ook wanneer de doorgifte noodzakelijk is voor de uitvoering van een overeenkomst met een betrokkene of voor de instelling, uitoefening of onderbouwing van een (buitenlandse) procedure, is dit een voldoende grondslag. Die uitzonderingsgronden kunnen in principe enkel gebruikt worden voor een incidentele, dat is niet repetitieve, doorgifte van persoonsgegevens.

Wat u moet doen

U moet alle derde partijen identificeren die toegang krijgen tot en/of gebruik maken van de persoonsgegevens van uw personeel, cliënten, …

U moet de locatie van die derde partijen (binnen of buiten de EER) in kaart brengen, evenals waar zij de persoonsgegevens verwerken en aan welke partijen zij op hun beurt de persoonsgegevens doorgeven. Gelet op de eventuele noodzaak van een effectbeoordeling voor de doorgifte naar derde landen, is het aan te raden om een beroep te doen op derde partijen die zich binnen de EER bevinden. Dat geldt in het bijzonder wanneer u een beroep doet op een derde partij die daardoor toegang krijgt tot gevoelige categorieën van persoonsgegevens (in de ruime zin), bijvoorbeeld inhoudelijke gegevens van cliëntendossiers.

U moet vervolgens bepalen welke hoedanigheid u en die derde partijen hebben: verwerker, gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijke of afzonderlijke verwerkingsverantwoordelijke. Die hoedanigheid is wisselend in functie van de voorhanden verwerking. Hieronder vindt u een eerste aanzet:

  • Verwerkers: leveranciers van software en cloudtoepassingen (bijvoorbeeld Microsoft, Cicero, Mailchimp, …), webhost, IT partner, sociaal secretariaat, …
  • Gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken: vervangende advocaat, sociale media platformen, … De samenwerking binnen advocatenassociaties kan ook worden beschouwd als een gezamenlijke verwerking. Dit wordt concreet besproken in een later thema.
  • Afzonderlijke verwerkingsverantwoordelijken: boekhouder, wervingskantoor (headhunter), sociale zekerheidsinstanties, verzekeringsmaatschappijen en –makelaars, advocaten van tegenpartijen en niet-particuliere tegenpartijen die optreden zonder raadsman, opvolgende advocaat, gerechtelijke instanties, bank- en financiële instellingen, notarissen, gerechtelijk bewindvoerders, experts, gerechtsdeurwaarders, openbaar ministerie, politionele instanties, stafhouder …

Let op: werknemers, (particuliere) cliënten en (particuliere) tegenpartijen, … zijn geen verwerker of verwerkingsverantwoordelijke.

U moet tot slot de nodige (contractuele) afspraken maken met alle verwerkers en gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken die u heeft geïdentificeerd. Als u gebruik maakt van de modelcontractbepalingen, moet u eveneens een effectbeoordeling doen. Een dergelijke beoordeling vereist de bijstand van een specialist in de materie. Wanneer u een samenwerking aangaat met een nieuwe verwerker, moet u tot slot nagaan dat die verwerker zijn verplichtingen onder de AVG respecteert.

Praktische richt­snoe­ren Vragenlijst

Maak gebruik van onderstaande vragenlijst bij de keuze voor een (nieuwe) verwerker:

  • Is de verwerker gevestigd in een derde land waarvoor een adequaatheidsbesluit geldt?
  • Heeft de verwerker robuuste, publiek beschikbare privacy documentatie die u kan bekijken? Indien geen adequaatheidsbesluit voorhanden is, bevat de privacy documentatie van de verwerker informatie over een adequaat beschermingsniveau van persoonsgegevens in het land waar hij gevestigd is?
  • Heeft de verwerker bijkomende maatregelen genomen om een adequaat beschermingsniveau te waarborgen?
  • Heeft de verwerker verifieerbare privacy certificeringen of betrouwbare kwaliteitsmerken, zoals bijvoorbeeld de ISO-normen?
  • Onthult een snelle online zoekactie plausibele bezorgdheden inzake de privacy- en beveiligingspraktijken van de verwerker (bijvoorbeeld een recent datalek)?
  • Is er iets met het platform of de dienst van de verwerker dat overdreven ingrijpend is op de privacy van de betrokkenen?
  • Heeft de verwerker personeel dat gespecialiseerd is in gegevensbescherming?
  • Welk type van persoonsgegevens zal gedeeld worden met, verzameld worden door of toegankelijk gemaakt worden voor de verwerker?
  • Wat is de verwerker toegelaten om met de persoonsgegevens te doen?
  • Waar zal de verwerker de persoonsgegevens opslaan?
  • Hoelang zal de verwerker de persoonsgegevens opslaan en welke processen bestaan er inzake de verwijdering van persoonsgegevens?
  • Welke beveiligingsprocessen heeft de verwerker geïmplementeerd?
  • Heeft de verwerker een goede ‘privacy by design’ zodat de standaardinstellingen de privacy ten goede komen?
  • Heeft de verwerker een respons en herstelplan voor datalekken?

Aan­be­ve­lin­gen van het Europees Comité voor ge­ge­vens­be­scher­ming

Frequently Asked Questions

Moet u een overeenkomst afsluiten met contractuele afspraken over de GDPR met de rechtbank/curator als u stukken naar hen doorstuurt?

In mijn verwerkersovereenkomst staat dat de doorgifte naar de Verenigde Staten veilig is op grond van het Data Privacy Framework. Is dit voldoende om te oordelen dat de partner in de VS een passende bescherming kan aanbieden?

Gerelateerd nieuws

Deze berichten verschenen recent:
Cybercriminaliteit Digitalisering

Nieuwe aanmeldmogelijkheid met de MyGov.be app vanaf 14 oktober 2025

Vanaf 14 oktober 2025 kunt u zich aanmelden op alle DPA- en OVB-applicaties met de MyGov.be app, naast de bestaande mogelijkheden.

Meer lezen
Kantoororganisatie Digitalisering Beroepsgeheim

Peppol (e-facturatie) en beroepsgeheim: dit moet u weten

De Wet van 6 februari 2024 voert vanaf 1 januari 2026 een verplichte gestructureerde elektronische facturatie in tussen Belgische btw-plichtige ondernemingen. Deze facturatie verloopt via het Peppol-systeem. We wijzen u op het belang van uw beroepsgeheim bij het factureren aan btw-plichtige cliënten via dit systeem.

Meer lezen
Kantoororganisatie Digitalisering

Peppol (e-facturatie) en rechtsbijstandsverzekeraars: dit moet u weten

De Wet van 6 februari 2024 voert vanaf 1 januari 2026 een verplichte gestructureerde elektronische facturatie in tussen Belgische btw-plichtige ondernemingen. Die elektronische facturatie verloopt via het Peppol-systeem. Verzekeringsmaatschappijen zijn echter voor hun verzekeringsactiviteiten niet btw-plichtig en vallen daardoor niet onder deze verplichting tot e-facturatie via Peppol.

Meer lezen
Digitalisering

Gelijke bewijskracht uittreksels Rijksregister en gemeentelijke attesten

Op 2 september 2025 werd een gezamenlijke omzendbrief gepubliceerd door de minister van Justitie, Annelies Verlinden, en de minister van Binnenlandse Zaken, Bernard Quintin. Deze omzendbrief heeft betrekking op de harmonisatie van de bewijskracht van de uittreksels uit het Rijksregister van het DPA enerzijds, en de gemeentelijke getuigschriften en attesten anderzijds.

Meer lezen
Digitalisering

Vanaf 25 augustus: inloggen enkel nog via itsme®,e-ID of wachtwoord

Vanaf 25 augustus kan u niet langer met uw advocatenkaart inloggen op de DPA- en OVB-applicaties, noch op onze website (www.ordevanvlaamsebalies.be).

Meer lezen
Digitalisering

Ontwikkelde u een digitale tool om uw kantoorwerking te versterken?

Steeds meer advocaten ontwikkelen zelf digitale oplossingen die hun kantoorwerking efficiënter, klantgerichter of duurzamer maken. Die innovatie willen we in de kijker plaatsen in een nieuwe rubriek op de website van de Orde van Vlaamse Balies: “AI van en voor confraters.”

Meer lezen
Digitalisering

Vervalt uw advocatenkaart binnenkort?

Vanaf augustus 2025 vervallen heel wat advocatenkaarten. Ook in de maanden nadien zullen nog heel wat kaarten hun geldigheid verliezen. De kans is dus reëel dat ook uw kaart binnenkort moet worden vervangen. Lees hoe u dat eenvoudig doet.

Meer lezen
Digitalisering

Nieuwe sessie online over AI en het opstellen van documenten

Artificiële Intelligentie wordt steeds vaker deel van onze dagelijkse praktijk. Met Expeditie Digitaal ontdekt u hoe eenvoudige AI-toepassingen uw dagelijkse praktijk kunnen versterken. In drie korte online sessies tonen we hoe u AI vandaag al kunt inzetten in de verschillende fases van een dossier. Daarmee sluiten we aan op onze bestaande AI-richtlijnen. In deze nieuwe sessie focussen we op het opstellen van documenten en hoe slimme automatisering u kan ondersteunen bij het opstellen van ontslagdocumenten en processtukken.

Meer lezen
Digitalisering

Nieuwe sessie online over AI en dossieronderzoek

Artificiële Intelligentie wordt steeds vaker deel van onze dagelijkse praktijk. Met Expeditie Digitaal ontdekt u hoe eenvoudige AI-toepassingen uw dagelijkse praktijk kunnen versterken. In drie korte online sessies tonen we hoe u AI vandaag al kunt inzetten in de verschillende fases van een dossier. Daarmee sluiten we aan op onze bestaande AI-richtlijnen.

Meer lezen