Ga verder naar de inhoud

Het nieuwe jaar start goed met de hervormde twee­de­lijns­bij­stand

woensdag 03 januari 2024

Eind 2023 kregen twee wetsvoorstellen, de wet digitalisering en de wet diverse bepalingen in burgerlijke en gerechtelijke zaken, groen licht in de Kamer. Samen bevatten zij de bouwstenen voor de hervormde en gemoderniseerde juridische tweedelijnsbijstand. De relevante bepalingen zijn op 1 januari in werking getreden.

Nico Moons

Jurist studiedienst
Avatar

Deel dit artikel

Achtergrond

De hervorming van de juridische tweedelijnsbijstand is een werk van lange adem geweest. Na talloze voorstellen, adviezen, opmerkingen en overlegmomenten tussen de Ordes en het kabinet kunnen we over het algemeen tevreden zijn met het resultaat. De relevante artikelen zijn terug te vinden in twee aparte wetten die voorts nog een uitgebreid gamma aan andere onderwerpen bevatten: de wet diverse bepalingen in burgerlijke en gerechtelijke zaken en de wet inzake digitalisering van justitie I.

We overlopen de voornaamste aandachtspunten uit de nieuwe regelgeving voor de tweedelijnsbijstand.

Een digitale twee­de­lijns­bij­stand

De digitaliseringswet voert wijzigingen door die de optimale werking van de juridische tweedelijnsbijstand moeten (blijven) garanderen. Deze aanpassingen focussen op een GDPR-conforme identificatie van de rechtzoekende via een gebruiksvriendelijk en efficiënt digitaal aanvraagsysteem. Uiteraard blijft ook de fysieke aanvraagoptie behouden. De wet creëert een wettelijke basis zodat zowel advocaten als medewerkers verbonden aan het bureau voor juridische bijstand bij een aanvraag tot gedeeltelijke of volledige kosteloosheid van juridische tweedelijnsbijstand gemachtigd kunnen worden om authentieke gegevens uit het Rijksregister van de rechtzoekende op te vragen en zijn eID uit te lezen als de betrokkene zijn vrije, specifieke en geïnformeerde toestemming geeft.

Een goed ge­con­tro­leer­de twee­de­lijns­bij­stand

De thematische wet burgerlijk en gerechtelijk recht bevat de verankering en verdere verfijning van het controle- en auditsysteem dat de Ordes reeds in proefproject organiseerden en waarmee ze al enige tijd voorliepen op de wetgeving.

Kort samengevat controleren de BJB’s alle verslagen van de advocaten en kennen zij op basis hiervan en de stavingsstukken punten toe. Zij groeperen alle goedgekeurde eindverslagen per materie, waarna enkele aan een gerichte audit worden onderworpen om de realiteit en kwaliteit van de prestaties te controleren. De audit omvat daarnaast ook een controle op de werkprocessen en de controles van de BJB’s. Zij vindt plaats op nationaal niveau en per voorkeurmaterie en wordt uitgevoerd door een team van auditeurs die door de bureaus worden voorgedragen.

De wet voert ook een aanpassing door aan de subsidie voor de werkingskosten van de BJB’s. Dat bedrag mag niet hoger meer zijn dan 7% van de vergoeding die aan de advocaten wordt uitbetaald (vroeger 8,108%). Op gemotiveerde vraag en op basis van aangetoonde kosten kan hiervan wel bij besluit worden afgeweken.

Een twee­de­lijns­bij­stand met oog voor de advocaat

Het misschien wel belangrijkste nieuws voor de advocaat zal komen te staan in het koninklijk besluit ter uitvoering van de thematische wet. Dit KB werd al goedgekeurd op de ministerraad en ligt nu voor advies bij de Raad van State.

Het besluit concretiseert niet enkel verder de controle en de audit, het verankert ook voor het eerst de waarde van het punt. Een punt bedraagt 90,36 euro en zal jaarlijks aangepast worden aan de gezondheidsindex. Dit creëert meer zekerheid en duidelijkheid over de vergoeding die de advocaat zal mogen ontvangen.

Dan blijft nog de vraag wanneer de advocaat deze vergoeding mag verwachten. Momenteel is de wachttijd immers veel te lang. Het KB voorziet een potentiële vooruitgang door de mogelijkheid in te schrijven om over te gaan tot een tweede moment van uitbetaling als de initiële kredieten dit toelaten.

We zullen echter blijven ijveren voor een nog snellere uitbetaling zoals ook in onze buurlanden het geval is. De Ordes zijn immers klaar om per kwartaal te werken. We hebben dat scenario ook voorgesteld aan het kabinet. Zo zou er 4 keer per jaar uitbetaald kunnen worden en zou door de kortere controleperiode ook de uitbetalingstermijn stevig ingekort worden. Helaas ging dit plan voorlopig iets te snel voor de overheid.

Ten slotte informeren we graag dat we ook nog druk in de weer zijn met de hervorming van de nomenclatuur zodat deze beter afgestemd wordt op de reële werklast van de advocaat. We houden u uiteraard op de hoogte van verdere ontwikkelingen.

Lees meer

Raadpleeg de relevante uittreksels uit de wet diverse bepalingen in burgerlijke zaken en de wet digitalisering

Ook interessant

Toegang tot het recht Tweedelijnsbijstand
vrijdag 15 maart 2024

Verbeteringen in juridische tweedelijnsbijstand: tweevoudige uitbetaling geïntroduceerd

In het Belgisch Staatsblad van 29 februari 2024 verschenen belangrijke aanpassingen aan het Koninklijk Besluit van 20 december 1999 inzake de vergoeding die aan advocaten wordt toegekend in het kader van de juridische tweedelijnsbijstand. Voor het eerst is er nu de mogelijkheid om advocaten niet één maar twee keer per jaar te vergoeden. Bestuurder Marnix Moerman legt uit wat dat precies betekent.

Meer lezen
Toegang tot het recht Tweedelijnsbijstand
vrijdag 15 maart 2024

Kijk uw rekeningnummer tweedelijnsbijstand na

Hebt u dossiers in de BJB-module op de status ‘Audit – voor uitbetaling” staan, dan mag u in 2024 een uitbetaling verwachten. Kijk dan dringend uw rekeningnummer tweedelijnsbijstand (standaard) na.

Meer lezen