Ga verder naar de inhoud

Standpunt bemiddeling in­tra­fa­mi­li­aal geweld

Nico Moons

Jurist studiedienst
Avatar

Deel dit artikel

Op uitnodiging van de Kamercommissie Justitie hebben we een advies voorbereid bij het wetsvoorstel dat de rechter niet langer de mogelijkheid wil bieden om bemiddeling te verplichten in het geval van intrafamiliaal geweld. We kunnen ons vinden bij de doelstellingen, maar de uitwerking laat nog te wensen over.

De wetgever wil verplichte bemiddeling door de rechter op verzoek of mits instemming van slechts één partij afschaffen ter bescherming van de slachtoffers van intrafamiliaal geweld.

De OVB kan zich vinden in de redenering dat de machtspositie, druk en eventuele dreiging binnen het gezin of huishouden ten koste kan gaan van de gelijkheid van de partijen bij de bemiddeling en stelt vast dat dit wetsvoorstel het Belgische recht in overeenstemming zou brengen met het internationaal recht (art. 48 van het Verdrag van Istanbul).

We hebben wel verschillende opmerkingen bij de uitwerking van het voorgestelde nieuwe derde lid bij artikel 1734, §1 Ger.W.:

  • Uit de formulering volgt niet dat het toepassingsgebied van de afschaffing enkel reikt tot geweld in de intrafamiliale context;
  • De lijst aan strafrechtelijke bepalingen die onder deze regeling valt wordt uitgebreid met “enig ander feit van psychologisch geweld”. Die term is erg ruim en wordt niet in het strafrecht gedefinieerd. We vinden dat de maatregel beperkt moet blijven tot vormen van geweld die als misdrijf omschreven in het Strafwetboek;
  • De formulering van het nieuwe lid impliceert dat bemiddeling sowieso niet meer kan worden bevolen door de rechter, ook al is dit met instemming van beide partijen of zelfs op gezamenlijk verzoek. De toelichting bij het wetsvoorstel lijkt daarentegen te suggereren dat de wetgever vooral bemiddeling op verzoek of met instemming van één partij wil remediëren.

Nog vragen? Onze specialisten ter zake

Ontdek alle medewerkers

Nico Moons

Jurist studiedienst
avatar