Ga verder naar de inhoud

Sluipt de in­ten­tie­po­li­tie het be­stuurs­recht binnen?

woensdag 29 juni 2022

Op dinsdag 28 juni 2022 zette mr. Elke Casteleyn, lid van onze commissie publiekrecht, in de parlementaire commissie Binnenlandse Zaken onze opmerkingen uiteen bij een wetsvoorstel dat niet alleen integriteitsonderzoeken wil introduceren in het bestuursrecht, maar ook een regeling invoert om bestuurlijke dwangsommen en verzegelingen op te leggen in het kader van bestuurlijke politiemaatregelen en GAS-sancties.

We zijn geen voorstander van dat wetsvoorstel, niet in het minst omdat het burgemeesters toelaat om winkels te sluiten louter op basis van het risico dat de uitbater stelt op crimineel gedrag. Dat staat op gespannen voet met het vermoeden van onschuld.

Ben Claes

Jurist studiedienst
Ben Claes

Nico Moons

Jurist studiedienst
Avatar

Deel dit artikel

De parlementaire commissie Binnenlandse Zaken nodigde ons uit om tijdens een hoorzitting op 28 juni 2022 onze opmerkingen over te maken bij wetsvoorstel 'tot wijziging van diverse bepalingen betreffende bestuurlijke handhaving en houdende de oprichting van een Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen'.

Mr. Elke Casteleyn, lid van onze commissie publiekrecht, lichtte ons standpunt toe.

Inhoud wets­voor­stel

In de eerste plaats creëert het wetsvoorstel een nieuw adviesorgaan: de Directie voor Integriteitsbeoordelingen voor Openbare Besturen (DIOB). Dat orgaan heeft tot doel om adviezen te verstrekken aan "verzoekende overheden" in het kader van de verlening van subsidies, of de gunning van overheidsopdrachten en concessies. In een niet-bindend advies gaat de DIOB na of de betrokken kandidaat een ernstig risico vertoont op criminele activiteiten. De DIOB doet dat op basis van gegevensbronnen waartoe de verzoekende overheid zelf geen toegang heeft.

In de tweede plaats wil het wetsvoorstel het huidige wettelijke kader over bestuurlijke handhaving versterken. Het stelt daarom wijzigingen voor aan (onder meer) de Nieuwe Gemeentewet en de wet op de gemeentelijke administratieve sancties (GAS). De krachtlijnen zijn de volgende:

  • Met het oog op het voorkomen van ernstige en georganiseerde criminaliteit verleent het aan de gemeenteraad de bevoegdheid om bij politieverordening de uitbating van publiek toegankelijke inrichtingen te onderwerpen aan een integriteitsonderzoek, uitgevoerd onder het gezag en de verantwoordelijkheid van de burgemeester. Het integriteitsonderzoek, waarbij de DIOB bijstand kan verlenen, wil nagaan of de personen, die in rechte of in feite belast zijn met de uitbating, een ernstig risico vertonen op criminele activiteiten. Op basis van dat integriteitsonderzoek kan het College van burgemeester en schepenen vervolgens de vergunning van een vergunningsplichtige inrichting weigeren, schorsen of opheffen, dan wel een niet-vergunningsplichtige inrichting sluiten.
  • Daarnaast verleent het wetsvoorstel de bevoegdheid aan de burgemeester en aan het College van burgemeester en schepenen om respectievelijk in geval van een bestuurlijke politiemaatregel of bij de niet-naleving van een GAS-sanctie een bestuurlijke dwangsom of een bestuurlijke verzegeling op te leggen.

Opmerkingen OVB

Volgens ons wordt met dit wetsvoorstel de intentiepolitie in het bestuursrecht geloodst. Het integriteitsonderzoek en de mogelijk daaropvolgende bestuurlijke maatregel beogen weliswaar het voorkomen van ernstige en georganiseerde criminaliteit, maar we zijn geen voorstander van maatregelen die gebaseerd zijn op info uit het verleden om toekomstig gedrag te voorspellen. We vinden dit onverenigbaar met het vermoeden van onschuld. Zo zou het mogelijk worden om op basis van informatie uit een lopend strafrechtelijk onderzoek waarin nog geen rechterlijke beslissing werd geveld, een maatregel te nemen voor toekomstig gedrag dat mogelijk nooit zal plaatsvinden.

Met betrekking tot de bestuurlijke dwangsom en de bestuurlijke verzegeling beklemtoonden we het belang van een degelijk uitgewerkte beroepsprocedure.

Tot slot belichtten we ook de verhouding tussen het wetsvoorstel en de overheidsopdrachtenreglementering.

Ook interessant

Publiekrecht
vrijdag 18 augustus 2023

Koninklijke besluiten voltooien recente procedurele hervorming Raad van State

Recent verschenen twee koninklijke besluiten die het sluitstuk vormen van de procedurele hervorming van Raad van State, afdeling bestuursrechtspraak, eerder dit jaar. Het ene Koninklijk Besluit brengt tal van wijzigingen aan in de procedurereglementen, terwijl het andere “de zaken van hoger algemeen belang” opsomt ten aanzien waarvan het College van korpschefs van de Raad maatregelen kan treffen om die zaken met voorrang te behandelen.

Meer lezen
Publiekrecht
vrijdag 28 april 2023

Kamer keurt procedurele hervorming Raad van State goed

De Kamer stemde op 27 april 2023 in met de hervorming van de procedures bij de Raad van State. Die hervorming beoogt onder meer om de gemiddelde doorlooptijd bij de afdeling bestuursrechtspraak terug te brengen tot 18 maanden.

Meer lezen