Ga verder naar de inhoud

Opnieuw twee DAC6-om­zet­tings­nor­men deels geschorst

maandag 15 maart 2021

Op verzoek van de BATL schorst het Grondwettelijk Hof voor de advocatuur enkele verplichtingen die voortvloeien uit het Waalse DAC6-decreet en de Brusselse DAC6-ordonnantie. Zo kan u zich nu in beide gevallen wel beroepen op uw beroepsgeheim om ontheven te worden van uw periodieke meldingsplicht bij marktklare constructies. Ook moet u enkel intermediairs die cliënt zijn informeren.

Het Hof bevestigt daarmee zijn eerdere schorsingsarrest over het Vlaamse DAC6-decreet. Dat betekent dat er zich geen wijzigingen opdringen aan onze deontologische gedragslijnen.

Ben Claes

Jurist studiedienst
Ben Claes

Deel dit artikel

Samen met de OBFG en anderen vechten we de DAC6-omzettingsregelgeving aan voor het Grondwettelijk Hof. Advocaten kunnen als intermediairs kwalificeren en dus gebonden zijn door een meldingsplicht om belastingontwijking tegen te gaan.

Op 11 maart 2021 sprak het Hof zich in twee gelijkluidende arresten uit over de schorsingsverzoeken ingesteld door de 'Belgian Association of Tax Lawyers' (BATL) tegen het Waalse DAC6-decreet (arrest nr. 45/2021) en de DAC6-ordonnantie (arrest nr. 46/2021). Ook de OVB en de OBFG hebben op grond van dezelfde argumenten schorsingsverzoeken tegen deze omzettingsnormen ingediend. Het Hof sprak zich eerder ook al uit over onze beroepen tegen de DAC6-wet en het Vlaamse DAC6-decreet.

Marktklare con­struc­ties

Op intermediairs rust een dubbele meldingsplicht in geval van marktklare constructies: de initiële en de periodieke meldingsplicht. Die laatste verplicht een intermediair om elke drie maanden aan de fiscus een overzicht te bezorgen van de nieuwe meldingsplichtige inlichtingen die over de marktklare constructies beschikbaar zijn. Bijvoorbeeld als er nieuwe belastingplichtigen zijn voor wie de constructie werd geïmplementeerd. Volgens de DAC6-omzettingsregelgeving kan de intermediair daarvoor het beroepsgeheim niet inroepen.

Het Hof schorst die regeling voor advocaten nu ook in de DAC6-ordonnantie en het Waalse DAC6-decreet. Advocaten mogen zich dan wél beroepen op het beroepsgeheim. De meldingsplicht verschuift vervolgens naar de belastingplichtige cliënt, naar analogie met de constructies op maat. U moet de belastingplichtige cliënt de nodige informatie bezorgen zodat die aan zijn meldingsplicht kan voldoen.

Voor de initiële meldingsplicht verandert er niets. Die plicht geldt wanneer marktklare constructies voor het eerst ter beschikking worden gesteld of gereed zijn voor implementatie. Het Hof stelt dat wegens de aard van een marktklare constructie, de te leveren inlichtingen bij de initiële individuele melding geen betrekking zullen hebben op gegevens die onder de ontheffing van rechtswege of het beroepsgeheim vallen.

Con­struc­ties op maat

Volgens de DAC6-regelgeving moet de intermediair in geval van constructies op maat de andere betrokken intermediairs op de hoogte brengen dat hij door het beroepsgeheim niet aan de meldingsplicht kan voldoen. In dat geval is hij ontheven van de meldingsplicht. Die plicht verschuift dan naar de andere betrokken intermediairs.

Dat is problematisch voor advocaten. Het loutere feit een beroep te hebben gedaan op een advocaat valt volgens het Hof onder de bescherming van het beroepsgeheim. Hetzelfde geldt a fortiori voor de identiteit van de cliënten van een advocaat.

Maar de ontheffingsregeling vloeit rechtstreeks voort uit de Europese DAC6-richtlijn. Dat dwong het Hof in zijn arrest nr. 167/2020 over het Vlaamse DAC6-decreet een prejudiciële vraag te stellen aan het Hof van Justitie. De beantwoording van die vraag is ook relevant voor zijn beoordeling van de DAC6-ordonnantie en het Waalse DAC6-decreet. In afwachting van een antwoord schorst het Grondwettelijk Hof de ontheffingsregeling voor de advocatuur ook in die omzettingsnormen.

Dat betekent concreet dat een advocaat-intermediair onder de DAC6-ordonnantie en het Waalse DAC6-decreet voorlopig niet verplicht is om een andere intermediair te informeren als die zijn cliënt niet is. De advocaat zal dan wel zijn cliënt - weze het een intermediair, dan wel de belastingplichtige - moeten inlichten over diens meldingsplicht.

De­on­to­lo­gi­sche ge­drags­lij­nen

We vaardigden deontologische gedragslijnen uit die u toelaten uw DAC6-verplichtingen als intermediair te verzoenen met uw beroepsgeheim als advocaat. Er dringen zich geen wijzigingen door de recente arresten van het Grondwettelijk Hof.

Wat is DAC6?

Wat is DAC6?

Richtlijn (EU) 2018/822 van de Raad van 25 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies, beter bekend als de DAC6-richtlijn, kadert binnen een ruimere evolutie die belastingontwijking aan banden wil leggen.

De wetgever legt daartoe een meldingsplicht op aan personen die betrokken zijn bij het opzetten of beheren van grensoverschrijdende fiscale constructies waarmee mogelijks belastingontwijking wordt nagestreefd. Die personen, ook wel intermediairs genoemd, moeten dan meerdere gegevens over die constructies aan de fiscus melden.

Ook advocaten kunnen als intermediairs kwalificeren en dus gebonden zijn door de meldingsplicht. Dat staat echter op gespannen voet met het beroepsgeheim. Hoewel de DAC6-richtlijn de lidstaten de ruimte biedt om intermediairs te ontheffen van de meldingsplicht wanneer ze gebonden zijn door een beroepsgeheim, is de invulling die het federale en gewestelijke niveau daaraan gegeven hebben ronduit problematisch.

De benamingen languit

DAC6-wet

Wet van 20 december 2019 tot omzetting van Richtlijn (EU) 2018/822 van de Raad van 25 mei 2018 tot wijziging van Richtlijn 2011/16/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie

Vlaamse DAC6-decreet:

Decreet van 26 juni 2020 tot wijziging van het decreet van 21 juni 2013 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen, wat betreft de verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies

Waalse DAC6-decreet

Decreet van 1 oktober 2020 houdende wijziging van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen, met het oog op de omzetting van Richtlijn 2018/822/EU wat betreft verplichte automatische uitwisseling van inlichtingen op belastinggebied met betrekking tot meldingsplichtige grensoverschrijdende constructies

DAC6-ordonnantie

Ordonnantie van 29 oktober 2020 tot wijziging van de ordonnantie van 26 juli 2013 houdende omzetting van richtlijn 2011/16/EU van de Raad van 15 februari 2011 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van belastingen en tot intrekking van richtlijn 77/799/EEG en tot wijziging van de Brusselse Codex Fiscale Procedure

DAC6-decreet van de Franse gemeenschap

Decreet tot wijziging van het decreet van 12 januari 2017 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen met het oog op de omzetting van de Europese Richtlijn 2018/822/EU betreffende de administratieve samenwerking

Ook interessant

Deontologie Fiscaal recht
donderdag 11 januari 2024

Nieuwjaarsgeschenk van het Grondwettelijk Hof

Het Grondwettelijk Hof heeft op 11 januari 2024 opnieuw het beroepsgeheim van de advocaat beschermd in een bevestiging van zijn eerdere DAC6-rechtspraak. Ditmaal handelen de arresten over de omzettingsregelgeving op federaal niveau en op het niveau van de Franstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Meer lezen
Fiscaal recht
dinsdag 05 december 2023

FOD Financiën verduidelijkt: formulier stopzetting btw-activiteit na vereffening of faillissement

De FOD Financiën verduidelijkt enkele zaken over het al dan niet indienen van het formulier tot stopzetting van een btw-activiteit (604C) bij de afsluiting van een vereffening of faillissement.

Meer lezen