Ga verder naar de inhoud

Standpunt An­ti­goon­leer

Nico Moons

Jurist studiedienst
Avatar

Deel dit artikel

De OVB pleit in een advies aan het kabinet van de minister van Justitie voor een volledige hervorming van de Antigoonleer. Het huidige principe moet omgekeerd worden zodat onregelmatig verkregen bewijsstukken niet langer in beginsel toegelaten worden.

De huidige regeling

Het Hof van Cassatie ontketende in 2003 een heuse revolutie in de bewijsleer met het Antigoon-arrest. Het Hof verliet het principe van de uitsluiting van onrechtmatig verkregen bewijsstukken als algemene regel en koppelde er drie uitzonderingen aan vast. Een decennium later werd dit op stringente wijze gecodificeerd in artikel 32 van de Voorafgaande Titel van het Wetboek van Strafvordering. Onrechtmatig verkregen bewijsmateriaal mocht enkel nog uitgesloten worden:

  • wanneer de naleving van de betrokken vormvoorwaarden wordt voorgeschreven op straffe van nietigheid;
  • wanneer de begane onregelmatigheid de betrouwbaarheid van het bewijs heeft aangetast;
  • wanneer het gebruik van het bewijs in strijd is met het recht op een eerlijk proces.

De Antigoonleer was een begrijpelijke reactie op een erg streng systeem. Niet iedere kleine onregelmatigheid mag immers automatisch leiden tot vrijspraak. Artikel 32 V.T.Sv. slaat echter te ver door in de andere richting. Een rechtstaat waarin het principe verworven is dat het overtreden van de eigen regels aanvaardbaar is, ondermijnt zichzelf. Bovendien kunnen de drie uitzonderingen het vraagstuk rond onrechtmatig verkregen bewijs niet op adequate wijze beslechten.

Nood aan hervorming

Dag op dag 18 jaar na het befaamde Antigoon-arrest hebben we daarom een advies uitgestuurd naar het kabinet van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne. We vragen daarin het principe van de bewijsuitsluiting om te keren zodat de beoordeling van het recht op een eerlijk proces verlaten wordt.

Een goed aanknopingspunt vinden we daarvoor in het wetsvoorstel houdende het nieuw Wetboek van Strafprocesrecht (DOC 55-1239/001, artikelen 8-14). Informatie die wordt verkregen in strijd met de rechten van verdediging, met het recht op de integriteit van personen, met de regels inzake de respectieve bevoegdheden van de hoven en rechtbanken of met het journalistiek bronnengeheim, wordt uit de debatten geweerd. Een uitzondering is enkel mogelijk indien cumulatief aan drie voorwaarden wordt voldaan:

  • De onregelmatigheid is niet het resultaat van een bewuste of onverschoonbare miskenning van het recht of de beschermde waarde, en
  • De ernst van de schending van het recht of de beschermde waarde is concreet minder zwaarwichtig dan het maatschappelijk belang bij de vervolging van het betrokken misdrijf en bij de eventuele sanctionering van de dader van het misdrijf, en
  • Het gebruik van het onregelmatig bewijs doet geen afbreuk aan de integriteit van Justitie.

En verder?

Het wetsvoorstel ligt echter al meer dan een jaar onaangeroerd in de Kamercommissie Justitie. Hoewel de OVB een voorstander blijft om de broodnodige modernisering van straf- en strafprocesrecht spoedig en bij voorkeur gelijktijdig door te voeren, lijkt wachten op deze hervorming om de Antigoonleer aan te pakken niet langer aangewezen.

Nog vragen? Onze specialisten ter zake

Ontdek alle medewerkers

Nico Moons

Jurist studiedienst
avatar