Ga verder naar de inhoud

Voorzitter op vrijdag "De advocaat kan de au­then­ti­ci­teit van bewijzen niet garanderen. Maar hij moet zijn kritische Fin­ger­spit­zen­ge­fühl gebruiken"

vrijdag 21 april 2023

In deze rubriek reflecteert onze voorzitter over de actualiteit. U leest hem elke twee weken. Ontdek waarover hij het vandaag met u wil hebben.

Peter Callens

Voorzitter Orde van Vlaamse Balies
Portret voorzitter Peter Callens

Deel dit artikel

De kans is klein dat Jan Modaal of Dora Doorsnee spontaan artikel 444, 1ste lid, van het Gerechtelijk Wetboek zouden vermelden, als iemand hen zou vragen welke de belangrijkste eigenschappen zijn van een advocaat. ‘De advocaten oefenen vrij hun ambt uit ter verdediging van het recht en van de waarheid’, zegt dat artikel. Wij moeten het onder ogen durven zien. Advocaten vormen in de vox populi niet de beroepsgroep die de nauwste band onderhoudt met de waarheid.

En nochtans. Het is door het spel van de bewijsvoering, door woord en wederwoord dat de gerechtelijke waarheid tot stand komt. Of althans dat de rechter tot die waarheidsvinding kan komen.

Onze rechtstraditie streeft dus naar die gerechtelijke waarheid. De advocaat levert daartoe zijn bijdrage, binnen de beperkingen van zijn opdracht als advocaat die de belangen verdedigt van een partij.

Hoe verschillend de Engelse rechtstraditie en de rechtspleging ook zijn, de beschrijving van de gerechtelijke waarheidsvinding die Lord Eldon gaf in de zaak Ex parte Lloyd in 1822, klinkt ook voor ons vertrouwd: “… truth is best discovered by powerful statements on both sides of the question.”

De tradities aan weerskanten van het Kanaal lopen danig uiteen. In een Engelse procedure geldt, althans in het civiele proces, dat elke partij aan de andere partij alle documenten moet meedelen die relevant zijn voor de zaak. Dat houdt in dat een partij niet alleen die stukken moet meedelen die in haar voordeel spelen, maar ook deze die nadelig zijn voor haar zaak. Ook als de andere partij die stukken niet heeft of niet kende.

Dat klinkt bevreemdend voor een continentale advocaat. Maar de Engelsen zien die disclosure-regel als de veruiterlijking in het rechtssysteem van het level playing field en de fair play zoals ook de cricketsport die oplegt. Het zit diep geworteld in het DNA van hun beschavingsvorm.

Wat er ook van zij, onze rechtspleging en de deontologie van ons beroep zijn insgelijks doordrongen van fair play. En één zaak is zeker: de bijdrage die de advocaat moet leveren aan de waarheidsvinding verbiedt hem gebruik te maken van valse stukken.

Dat mochten onze Parijse confraters Mr Xavier Nogueras en Mr Joseph Cohen-Sabbah recent ervaren. Zij stonden in 2018 de Engelsman Robert Dawes, alias Drug Lord, bij. Drug Lord werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 22 jaar voor de invoer van 1,3 ton cocaïne. Hij mag dan wel een onderdaan van His Majesty zijn, Drug Lord bleek minder doordrongen te zijn van het ideaal van fair play dan wat zijn landgenoten er graag van maken.

Wat was er gebeurd? De Franse strafzaak tegen Drug Lord was gebaseerd op een Spaans strafonderzoek dat gecompileerd stond op 114 DVD’s. De Franse justitie kon geen vertaling aanleveren en de advocaten bezorgden de stukken aan een handlanger van Drug Lord, die zou helpen bij het doornemen van de stukken. Dramatische vergissing, zo zou blijken.

Onze confraters kregen de relevante stukken terug. Eén ervan was een Spaans vonnis, dat bijzonder gunstig was voor de verdediging van Drug Lord, en zij wendden het aan in de procedure. Alleen, het stuk leek verdacht en… bleek inderdaad een vervalsing te zijn. Na onderzoek bleek ook dat onze confraters niet wisten dat het stuk vals was. Maar mochten zij dan geloven dat het authentiek was?

Het parket nam er aanstoot aan dat onze confraters de DVD’s bezorgd hadden aan een derde, en betoogde dat zij hun beroepsgeheim overtreden hadden. Onze confraters werden hiervoor correctioneel vervolgd. Nog erger was dat het parket de stelling ontwikkelde dat de advocaten zich door hun werkwijze schuldig hadden gemaakt aan wat in Frankrijk bekend staat als een poging tot “escroquerie au jugement”, een vorm van oplichting van de rechter, in de hoop om zo een gunstig vonnis te verkrijgen. Niet meer dan een poging, want de oplichting werd hier tijdig verijdeld.

De advocaten wisten dan wel niet dat het stuk vals was, dat stond vast, maar door hun grove onvoorzichtigheid waren zij toch schuldig aan het misdrijf; zij moesten, zeker gezien de context, veel oplettender omgaan met de stukken, stelde het openbaar ministerie. Het eiste twee jaar gevangenisstraf tegen de ene confrater en drie tegen de andere.

De Franse Codex deontologie schrijft voor dat: “A aucun moment, l’avocat ne doit sciemment donner au juge une information fausse ou de nature à l’induire en erreur.” Ook zonder zo’n uitdrukkelijke tekst is de regel bij ons niet anders.

De Parijse vicestafhouder Vincent Nioré werd opgeroepen als getuige. Nioré herinnerde eraan dat de advocaat ten aanzien van de rechter een loyaliteitsplicht heeft en niet willens en wetens valse stukken mag neerleggen. Maar hij voegde eraan toe dat wat er gesanctioneerd werd, niet de nalatigheid was maar wel het zich duidelijk bewust zijn van de valsheid. De advocaat heeft, volgens de vicestafhouder, geen enkele verplichting om de authenticiteit van de stukken die hem ter beschikking gesteld worden, te verifiëren.

Bij vonnis van vorige dinsdag 18 april 2023 sprak de rechtbank onze confraters vrij van de tenlastelegging van poging tot oplichting, maar veroordeelde hen tot een geldboete en een voorwaardelijk beroepsverbod wegens de overtreding van het beroepsgeheim. Of er nog een tuchtrechtelijk luik volgt, is niet bekend.

De advocaat kan onmogelijk de authenticiteit garanderen van de stukken die hij aanwendt. Maar hij moet wakker blijven en voortdurend zijn kritische Fingerspitzengefühl laten werken.

Die andere beroemde Engelse rechter, Lord Denning, deed in Burmah Oil Co. v. Bank of England in 1979 de gevleugelde uitspraak: “In litigation as in war. If one side makes a mistake, the other can take advantage of it. No holds are barred.” Wat? No holds are barred? Toch wel.

Met genegen groeten,

Peter Callens
Voorzitter Orde van Vlaamse Balies

Ook interessant

Voorzitter op vrijdag
vrijdag 15 maart 2024

Voorzitter op vrijdag: "Een advocaat, dat was iemand"

In deze rubriek reflecteert onze voorzitter over de actualiteit. U leest hem elke twee weken. Ontdek waarover hij het vandaag met u wil hebben.

Meer lezen
Voorzitter op vrijdag Community
vrijdag 01 maart 2024

Voorzitter op vrijdag: "Tussen het geschonden rechtvaardigheidsgevoel en de rechtsopvattingen van de juristen gaapt een enorme kloof.”

In deze rubriek reflecteert onze voorzitter over de actualiteit. U leest hem elke twee weken. Ontdek waarover hij het vandaag met u wil hebben.

Meer lezen